Mechanische Computers

Vul een subtitel in

17e eeuw

De allereerste rekenmachine werd in 1623 gebouwd door Wilhelm Schickard.

De rekenmachine kon gebruikt worden om astronomische tabellen te bereken. De machine kon getallen van zes cijfers aftrekken en optellen. Een overflow van getallen werd aangegeven door een bel

Pas in 1960 werd een werkend model gemaakt van Schickard's rekenmachine.

De Pascaline is de tweede rekenmachine die werd uitgevonden. De naam van het apparaat komt van de uitvinder, Blaise Pascal. Hij kwam op het idee omdat zijn vader veel rekenwerk moest verrichten als belastingambtenaar.

De rekenmachine was een houten kistje waarin acht (eerst zes) tandwielen naast elkaar geconstructeerd waren die zoals in een horloge in elkaar grepen. Elke Franse muntsoort had een eigen tandwiel en deed, wanneer het werd rondgedraaid, de wieltjes ernaast verspringen.

In 1790 bouwde Joseph-Marie een weefgetouw dat werd aangestuurd met ponskaarten. Ponskaarten vonden we ook terug in de middeleeuwen. Ponskaarten worden onder andere gebruikt in muziekdoosjes en draaiorgels.

Ponskaarten werden gebruikt om informatie op te slaan die mechanisch gelezen moest worden door rekenmachines en later computers. De analytische machine wordt gebruikt met ponskaarten. Met de ponskaarten kan de machine wiskundige berekeningen doen. Dit wordt gezien als het concept van de computer.

In 1938 werd de eerste computer gebouwd door Konrad Zuse. Ook Zuses machine werkte nog mechanisch, maar hij had het zichzelf al een stuk eenvoudiger gemaakt door het binair stelsel te gebruiken. Een jaar later bouwde hij de eerste elektronische computer.

Mechanische computers bleven niet bestaan. De Elektronische Computers spelen ook hun deel.

Mattias Leempoels, Lenny Uytterhoeven & Indy De Meyer
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin